Persoonlijke aansprakelijkheid van een bestuurder van een vennootschap die failliet gaat
In het standaardarrest van de Hoge Raad ‘Ontvanger/Roelofsen’ (2006) heeft de Hoge Raad bepaald dat een bestuurder van een besloten vennootschap jegens een schuldeiser van de besloten vennootschap aansprakelijk kan zijn uit hoofde van onrechtmatige daad.
Dit zal het geval zijn indien het handelen, of nalaten, van de bestuurder, ten op zichte van de schuldeiser, (erg) onzorgvuldig is. Het handelen van een bestuurder zal in ieder geval onzorgvuldig zijn als de bestuurder wist dat de vennootschap als gevolg van dit handelen/nalaten niet aan haar verplichtingen jegens de schuldeiser zou (kunnen) voldoen.
Recentelijk heeft de Hoge Raad de lijn uit Ontvanger/Roelofsen nogmaals bevestigd.
De casus:
– vennootschap X had als bestuurder vennootschap Y;
– dhr. Z is enig bestuurder van vennootschap Y;
– in de maanden januari en februari 2004 betaalt X bijna 200.000,- euro aan Y. Dit op initiatief van dhr. Z;
– in maart gaat X failliet.
De curator stelt zich in een procedure tegen dhr. Z op het standpunt dat dhr. Z zich jegens de schuldeisers van X onrechtmatig heeft gehandeld. De rechtbank wijst de vordering van de curator af. Het gerechtshof wijst de vordering van de curator in hoger beroep wel toe. In cassatie heeft de Hoge Raad het arrest van het gerechtshof bekrachtigd. In de beoordeling speelde een rol:
– dat X juist voor het faillissement betalingen had gedaan aan Y terwijl Y een negatief eigen vermogen had;
– dat de schuldeisers in het faillissement onbetaald bleven;
– dat dhr. Z in zowel X als Y de feitelijk bestuurder was;
Heeft u vragen over insolventievraagstukken neemt u dan vrijblijvend contact met ons op.
Ronny Nobus
september 2014