Vrije advocaatkeuze: de stand van zaken
Sinds een spraakmakende uitspraak van het Europese Hof van Justitie van november vorig jaar, gaan steeds meer geluiden op dat rechtsbijstandsverzekeraars hun rechtshulp verlenen op de voor hen goedkoopste wijze. Hun verzekerden worden bijgestaan door juristen in loondienst van de verzekeraar. In onze praktijk horen wij vaak dat rechtsbijstandsverzekeraars weinig tijd nemen voor persoonlijk contact met rechtzoekenden.
In voornoemde uitspraak oordeelde de Europese rechter dat een verzekeraar die in zijn polis stelt dat enkel zijn eigen juristen rechtsbijstand verlenen, niet tevens mag bedingen dat de kosten van een door de verzekerde zelf ingeschakelde advocaat enkel worden vergoed als de verzekeraar instemt met uitbesteding van de zaak. Door deze uitspraak mogen in een rechtszaak of administratieve procedure verzekerden zelf op kosten van de verzekeraar hun eigen advocaat kiezen.
De verzekeraars houden vol dat die vrije keuze enkel geldt vanaf het moment dat vaststaat dat een rechtszaak moet worden gevoerd. In het voortraject schakelen zij nog steeds hun eigen juristen in. Het bespaart de verzekeraars geld wanneer hun jurist het geschil in die fase schikt of het de verzekerde zelfs afraadt een procedure aan te spannen.
De verzekerde die zelf zijn advocaat wil kiezen, ook als er nog geen sprake is van een procedure, staat niet helemaal met lege handen.
Zo bepalen diverse polissen dat hij zelf zijn advocaat mag kiezen als de wederpartij bij dezelfde maatschappij verzekerd is. Ook kan de verzekerde die het niet eens is met de aanpak van de verzekeraarsjurist een second opinion vragen van een advocaat. Als de verzekerde wel een procedure wil aanspannen, maar de verzekeraarsjurist wil dat niet, dan heeft de verzekerde recht op een second opinion.
Bij Nobus Niewenhuijse Advocaten geven wij regelmatig een second opinion af voor rechtzoekenden die worden bijgestaan door een verzekeraarsjurist. Wij nemen de tijd voor het geven van een afgewogen advies, waarbij enkel het belang van de rechtzoekende telt.
Peter Pijpelink.
september 2014