Oproepkracht moet per oproep minimaal 3 uur betaald worden
Oproepkrachten worden vaak meerdere keren per dag opgeroepen. De werkgever dient de oproepkracht voor iedere oproep minimaal drie uur uit te betalen. Dit ook als de oproepkracht korten dan drie uur werkt en ook als ze binnen drie uur voor de tweede keer worden opgeroepen.
Op grond van de Wet Flexibiliteit en Zekerheid hebben oproepkrachten die minder dan 15 uur per week werken recht op minimaal drie uur loon per oproep. Onduidelijk was echter altijd of voornoemde ook diende te gelden indien de oproepkracht twee keer, of vaker, binnen drie uur werd opgeroepen. De Hoge Raad heeft hier 3 mei 2013 over beslist (3 mei 2013, LJN: BZ2907).
De Hoge Raad heeft zich gebogen over een kwestie van een taxichauffeur. De taxichauffeur was zes keer binnen de twaalf uur opgeroepen en had in totaal 7,5 uur gewerkt. De taxichauffeur kreeg vervolgens van haar werkgever slechts twaalf uur betaald. De taxichauffeur was het hier niet mee eens waarna ze haar werkgever voor de rechter heeft gesleept.
In eerste aanleg heeft de taxichauffeur de zaak verloren. Echter, de Hoge Raad oordeelde anders en besliste dat de taxichauffeur recht had op 18 uur (6 x drie uur) loon.
De Hoge Raad benadrukt in haar vonnis – kort gezegd –: “De Wet Flexibiliteit en Zekerheid is er immers niet voor niest”. En verder: “Als de werkgever iemand meerdere keren binnen drie uur oproept, dan mag je dat zien als een slechte organisatie van arbeid, en dat is een risico waar de werkgever zelf voor op dient te draaien. Allen wanneer de tijd tussen de eerste en tweede oproep korter is dan een pauze, mag het als een oproep worden gerekend.”
17 mei 2013