Observatiemethodes onrechtmatig?

In het kader van de echtscheidingsprocedure  dient de man aan de vrouw partneralimentatie te voldoen. De man is van mening dat de vrouw samen woont in de zin van artikel 1:160 BW zodat zijn onderhoudsplicht jegens de vrouw ten einde komt.

De man heeft een detectivebureau ingeschakeld om aan te tonen dat de vrouw samenwoont in de zin der wet. De man heeft en GPS tracking systeem onder de auto van de vrouw laten aanbrengen en een camera systeem in de hal en gangen van het  appartementencomplex waar de vrouw woont om de vrouw langdurig en systematisch te kunnen volgen en observeren.

De rechtbank overweegt dat het niet onrechtmatig is om in een civiele procedure bewijs tegen een persoon te vergaren zonder dat die persoon zich daarvan bewust is. Bij alimentatiekwesties valt daar niet altijd aan te ontkomen aldus de rechtbank.

Bij de beoordeling van de gehanteerde onderzoeksmethode geldt in de eerste plaats het beginsel van proportionaliteit, het middel moet evenredig zijn met het beoogde doel. In de tweede plaats geldt het subsidiariteitsbeginsel . Van het gebruik van een zwaar middel dient te worden afgezien indien het doel op minder bezwarende wijze kan worden bereikt.

De man beroeps zich op de Privacygedragscode zoals gehanteerd wordt door particuliere recherchebureau’s.

De rechtbank is van mening dat deze code er niet toe leidt dat geen sprake kan zijn van onrechtmatigheid.

Het plaatsen van een GPS systeem mag door de politie alleen na toestemming van de rechter-commissaris worden ingezet in strafzaken. Een gewone burger mag dit middel niet gebruiken.

Het plaatsen van camera’s in een appartementencomplex en het maken van beelden van personen die zich in de openbare ruimten bevinden is strafbaar, een misdrijf en daarmee onrechtmatig.

De man heeft derhalve op onrechtmatige wijze bewijs verkregen en onrechtmatig jegens de vrouw gehandeld.

(Rechtbank Zutphen 12 december 2012, LJN BY 6138)

 26 april 2013