Hoe zit het met gemengde huurovereenkomsten?

Het kan voorkomen dat een onroerende zaak verhuurd wordt welke gedeeltelijk wordt gebruikt als woonruimte en gedeeltelijk als bedrijfsruimte. Er is dan sprake van een gemengde huurovereenkomst. De vraag is dan echter welk huurregime in dergelijke kwesties van toepassing is.

Bij beantwoording van voornoemde vraag gaat het om hetgeen huurder en verhuurder bij het sluiten van de huurovereenkomst voor ogen heeft gestaan, de inrichting van het gehuurde en of een splitsing tussen beide ruimtes mogelijk is. Een splitsing is ondermeer mogelijk indien bij 1 huurovereenkomst twee afzonderlijke ruimten worden verhuurd, elk met een eigen toegang en eigen voorziening, met de bedoeling dat de ene ruimte als woonruimte en de andere als bedrijfsruimte wordt gebruikt. Als huurder en verhuurder geheel gescheiden functies voor ogen hebben gestaan, kan men twee verschillende huurregimes toepassen op de huurovereenkomst.

De Hoge Raad heeft in een recent arrest (10 augustus 2012, LJN: BW6737) zich uitgelaten over de maatstaf die moet worden gehanteerd bij de beoordeling of sprake is van een (voor splitsing vatbare) gemengde huurovereenkomsten. De Hoge Raad heeft zodoende weer bevestigd dat beantwoording van de vraag of sprake is van een gemengde huurovereenkomst, die voor splitsing in aanmerking komt, afhankelijk is van alle omstandigheden van het geval, en waarbij op voorhand niet aan bepaalde omstandigheden een zwaarder gewicht moet worden toebedeeld dan andere.