Gebrekkige zaak: binnen bekwame tijd klagen

Men koopt een zaak en deze blijkt een gebrek te hebben. Er is dan sprake van “non-conformiteit”. De consument dient dan binnen de ‘bekwame tijd’ te klagen. Maar wanneer is dat dan precies?

Op grond van artikel 7:23 verliest de consument/koper zijn recht op een beroep op non-conformiteit indien hij niet binnen bekwame tijd nadat hij het gebrek (redelijkerwijs) had ‘behoren te ontdekken’, de verkoper daarvan in kennis stelt. Of, zoals in sommige gevallen, ‘na de ontdekking’ daarvan de verkoper daarvan kennis heeft gegeven. Achtergrond van voornoemde is om de verkoper te beschermen tegen late en daardoor moeilijk te betwisten klachten.

Bij consumentenkoop wordt aangenomen dat de termijn om te klagen twee maanden betreft. Voor het overige geldt hiervoor geen vast uitgangspunt (HR 29 juni 2007, LJN: AZ7617).

Het komt regelmatig voor dat de consument, welke het vermoeden heeft een gebrekkig product te hebben, alvorens te klagen bij de verkoper, een onderzoek instelt. Het onderzoek heeft dan als doel om de aanwezigheid en de omvang van het gebrek vast te leggen. Indien de consument vervolgens te lang wacht om te klagen, kan de verkoper het verweer voeren dat er niet ‘binnen de bekwame tijd’ is geklaagd. De Hoge Raad heeft hiervoor in diverse arresten (zie o.a. HR 25 maart 2011, LJN: BP8991) inmiddels een aantal uitgangspunten/aspecten geformuleerd:

 – De termijn van de onderzoeks- en klachtplicht zijn afhankelijk van onder andere de aard van de gekochte zaak en het gebrek, de deskundigheid van de koper en de ingewikkeldheid van het benodigde onderzoek;

– Naarmate de koper gezien de overeenkomst en de gang van zaken erop mag vertrouwen dat er niks mis is met de zaak, zal van hem minder snel een (voortvarend) onderzoek mogen worden verwacht. Ter zake was bijvoorbeeld relevant dat de koper op grond van het bepaalde in de transportakte ervan mocht uitgaan dat de grond van het tankstation was gesaneerd;

– In beginsel mag de koper de uitslag van het onderzoek afwachten zonder de verkoper van het onderzoek op de hoogte te brengen;

– Wanneer echter mag worden verwacht dat met het onderzoek een lange tijd zal duren, of dit tijdens de loop daarvan blijkt, dient de koper hierover kennis te geven;

– Daarbij is bepalend in hoeverre de belangen van de verkoper al dan niet zijn geschaad. Is dat niet het geval, dan kan de verkoper de koper niet minder snel een gebrek aan voortvarendheid verwijten.

Geconcludeerd kan worden dat de consument de uitslag van een onderzoek mag afwachten alvorens nadere stappen te ondernemen. Wanneer echter te verwachten valt dat het onderzoek zeer lange tijd zal duren, dient de verkoper daarover geïnformeerd te worden. De vraag is dan uiteraard weer wat er wordt verstaand onder ‘lange tijd’. Het is dus sowieso van belang om voortvarend te handelen (een onderzoek in te stellen) en een klachtbrief te verzenden.

24 april 2013